Zucht. Diepe zucht. Hoe lang duurt het voordat volwassenen ophouden met pesten? Hoe lang duurt het nog voordat kinderen, die zelf heel goed weten wat ze kunnen, hun mogelijkheden mogen etaleren i.p.v. hun onoverkomelijke gebreken? Lezen, oefenen, nog eens lezen, goedbedoelde ondersteunende opmerkingen als ‘nog even, dan ben je klaar’, terwijl je als kind de letters ziet dansen, geen plezier hebt in lezen en zeker weet dat je later een baan kiest waar je dit nooooit meer hoeft te doen.
In deze tijd met spraak-gestuurde computers is het schandalig dat we kinderen de eerste jaren van hun leven net zo lang pesten tot ze murw zijn, faalangst hebben ontwikkeld, zich minderwaardig voelen en alle plezier in leren hebben ontnomen. En dan de onderzoeken, waarin kinderen waarin beelddenkers verward worden met kinderen die dyslectie hebben. De onderzoeken, die geen waarde blijken te hebben in de dagelijkse praktijk. Leerkrachten weten immers precies wie wel of niet kan lezen. Wat ze vaak missen is de tijd, de mogelijkheid en de kennis om echt passend leesonderwijs te geven.
Door gebrek aan geld worden kinderen bloot gesteld aan herhaling (nog een lezen, en nog eens lezen) in de hoop dat het gebrek verdwijnt. Het is net alsof we tegen een kind met een kort beentje zeggen, dat hij niet mag hinken. Dat zouden we allemaal schandalig vinden: het kind kan immers niet anders doen dan het met de mogelijkheden is gegeven. Kinderen weten heel goed wat ze wel en niet kunnen, waar ze wel of niet gelukkig van worden. Gelukkig zijn er mensen, die zich verdiept hebben in het uitbreiden van mogelijkheden van kinderen met dyslectie. Mensen met hart voor kinderen.
Die kinderen toegang willen geven tot een andere wereld: de wereld van het beeldenrijk, de fantasie. Die kinderen met engelengeduld de juiste toegangsdeur wijzen. Lezen is immers een hele efficiënte en heerlijke manier van informatie verzamelen, verdwijnen in een andere wereld en je te verwonderen over de wereld van de ander. Als 6 jarige las ik 10 boeken per week, gewoon omdat ik er niet meer mee mocht nemen van de bibliotheek. Anders had ik het dubbele aantal geleend. Lezen was de toegang tot een wereld waar ik verdween en veranderde in een wolf, ridder of piraat (ik hield niet zo van meisjesboeken). Lezen is een ieder gegund en het vraagt van de leerkracht en ouder om zich in te leven in het kind en echt aangepast leesonderwijs te geven. Pesten is toch niets voor volwassenen? Of hoort dat juist bij volwassen zijn: geen tijd nemen om je te verdiepen in de wereld van het kind.
Vraag deze week eens aan kinderen: Waar zou je graag over willen kunnen lezen, als het je geen enkele moeite kostte?